Corsica is onderdeel van Frankrijk en een ontzettend divers eiland; het heeft parelwitte stranden in kleine baaitjes, schattige dorpjes, maar ook ruige bergen om heerlijk in te wandelen. Een van de moeilijkste wandelingen in Europa is de GR20 die in Corsica van Noord naar Zuid loopt. Maar ook voor de iets minder fanatieke wandelaars (zoals wij) is er genoeg te beleven! Daarnaast is Corsica ook een directe bestemming van Rotterdam Airport. Perfect om de drukte op Schiphol te vermijden! Dit eiland was ons aangeraden op onze laatste reis, dus we twijfelden niet lang voordat we boekten.
Praktisch
Wij zijn naar Corsica gevlogen vanaf Rotterdam Airport. Transavia vliegt van April t/m Oktober elke maandag en vrijdag rechtstreeks naar Corsica. Daarnaast kun je ook met de auto gaan. Er gaan verschillende veerboten vanuit zowel Frankrijk als Italië naar Corsica. Het handige daarvan is dat je meteen een auto hebt op het eiland, want die heb je eigenlijk wel nodig als je makkelijk wil rondreizen op Corsica. Het openbaar vervoer in het noorden is vrij goed geregeld met bussen en treinen, maar in de bergen en het zuiden van het eiland is het moeilijker om zonder auto van A naar B te komen. Wij besloten echter te vliegen, omdat dat nu eenmaal sneller is (2 uurtjes in plaats van 2 dagen reizen). Een huurauto vinden was een ingewikkelde opgave omdat de bekendere namen heel erg duur waren en de andere verhuurders juist spotgoedkoop. We hebben de gok gewaagd en bij Alamo gehuurd, dit is uitstekend bevallen!
Onze route
Hieronder kun je de onze route zien. We zijn totaal 2 weken in Corsica en verbleven 1 of 2 nachten op alle plekken. De wegen in Corsica zijn helemaal prima, maar er zijn geen snelwegen. Van A naar B rijden kan dus soms langer duren dan verwacht, maar dat is helemaal niet erg; we hebben sommige van de mooiste plekjes gezien tijdens onze autoritten! Ik ben erg fan van de Groene Reisgids van Michelin over Corsica die prachtige routes aangeeft, waardoor je niet altijd de snelste route neemt die Google Maps aangeeft maar op prachtige plekjes komt. Deze reisgids is verkrijgbaar bij de Zwerver.
Meer inspiratie voor andere eilandbestemmingen? Lees dan ons artikel over een roadtrip op de Azoren!
Highlights
Balagne
Wij begonnen onze roadtrip in de Balagne. Dit gebied ligt in het noordwesten van Corsica en staat bekend om zijn prachtige kleine dorpjes gelegen in groene heuvels. We hebben hier ook een wandeling gedaan van Pigna naar Sant Antonino. Alle wandelingen die wij in Corsica hebben gedaan stonden zeer goed aangegeven. Daarnaast was dit een goede eerste wandeling (2-3 uurtjes) om Corsica te ontdekken. We leerden al snel dat Corsica nauwelijks vlakke stukken heeft, dus zelfs korte wandelingen kunnen al vrij inspannend zijn met veel klim en klauterwerk. Terug zijn we via het klooster van Corbara gelopen en hebben we met een prachtig uitzicht geluncht bij A Casarella in Pigna. In de Balagne is het echt de moeite waard om gewoon een dagje rond te touren en wat schattige dorpjes te bezoeken.
Calvi en La Revellatta
Vanuit de Balagne reden we door naar Calvi via de D151. Calvi is een schattig klein stadje met een oude burcht en met genoeg restaurantjes om heerlijk te kunnen eten. Er ligt ook een prachtig strand, waar je heerlijk kunt zwemmen met uitzicht op de stad. De reden dat wij een nachtje in Calvi bleven was met name de wandeling naar de vuurtoren op Punta Revellatta. Op 15 minuutjes rijden van Calvi kom je bij een klein schiereiland, waar je prachtig kan wandelen naar de vuurtoren op het uiterste puntje, met prachtig uitzicht op de zee en de burcht van Calvi. Let op! Er is bij deze wandeling bijna geen schaduw dus als je in de zomer (of nazomer) gaat, ga vroeg in de ochtend en neem voldoende water mee. Bij de vuurtoren zelf kun je helaas niet komen, maar de wandeling zelf was al echt de moeite waard.
Vallee du Fango
Vanuit Calvi reden we door naar het zuiden. Hier namen we niet de route die Google Maps ons aangaf, maar bleven we op de D81B langs de kust. Een echte aanrader! Je rijdt wel vlak langs de zee op een smalle weg, dus je moet geen hoogtevrees hebben! Onderweg naar Porte maakten we een tussenstop bij Vallee du Fango, een “natuurlijk zwembad” in de bergen. De vallei is prachtig en de Fango die erdoor heen stroomt is een perfecte plek om een duik te nemen in de Corsicaanse hitte. Bij de parkeerplaats is meteen een brug waar je van grote hoogtes het water in kan springen, maar als je wat verder doorloopt kom je bij wat makkelijker bereikbaar water waar je heerlijk kan badderen in het (niet al te koude) water.
Porte en de Calanches de Piana
Via een prachtige bergroute (D81) reden we door naar Porte. Porte zelf is een verschrikkelijk toeristisch dorpje met niets dan hotels en restaurants, maar de omgeving van Porte is prachtig. Je kan hier naar de Calanches de Piana, je kan de bergen in naar de dorpjes Ota en Évisa, of je kan een boot trip maken naar het Scandola nationale park (dat alleen per boot bereikbaar is) en de Calanches de Piana. Wij hadden hier een goede anderhalve dag. De eerste dag deden we een korte wandeling door Gorges de la Spelunca, tot aan de oude brug. Als je meer tij hebt kun je helemaal door wandelen naar het bergdorpje Évisa De volgende dag begonnen we zeer vroeg met een van de bekendste wandelingen in de Calanches de Piana naar Chateau Fort vanwaar je prachtig uitzicht hebt op de Calanches en de zee. Deze wandeling start bij Tete de Chien (een rots die lijkt op een hondenkop!) en is een van de populairste wandelingen in dit gebied, dus als je een rustige wandeling wil zonder al te veel mede toeristen is het goed om vroeg te beginnen!
Deze wandeling duurde ongeveer twee uurtjes, genoeg tijd dus om een boottochtje te maken! Er zijn heel veel bedrijven die ongeveer dezelfde boottochtjes aanbieden. Eerst voeren we naar het Scandola nationale park waar we prachtige rotsformaties konden zien. Normaal stopt het bootje hier ook bij Girolata, een klein dorpje alleen bereikbaar per boot of urenlange wandeling. Helaas maakten wij er geen stop omdat er te veel schade was door een recente storm. In plaats daarvan kregen we een extra zwemgelegenheid! Na het Scandola nationale park, voeren we terug naar de Calanches om deze vanaf het water nog een keer te kunnen bewonderen. Een echte aanrader!
Bonifacio
Via Ajaccio en nog wat prachtige kustwegen (D55) reden we door naar Bonifacio. Bonifacio is een prachtige stad die gebouwd is op de kalkstenen kliffen in het zuiden van Corsica. Loop niet meteen Bonifacio in, maar ga eerst naar links het panorama pad op. Je kunt hier helemaal doorlopen naar Capo Perstusato, maar zelfs als je maar een halfuurtje of uurtje het pad op loopt heb je al prachtige uitzichten op zowel de stad als de kliffen aan de andere kant. In Bonifacio zelf is veel moois te zien, een van de hoogtepunten was de trap van koning Aragon. Een trap die vroeger door de bewoners van de stad werd gebruikt om water te halen, nu moet je een veiligheidshelm op om er af te mogen, maar het is een leuke (hoewel inspannende) ervaring om zo dicht langs de kliffen te kunnen lopen.
Col de Bavella
In het zuiden van Corsica zijn verschillende mooie baaitjes met parelwitte stranden. Na een middagje bijkomen in de Rondara baai reden we via Porto Vecchio de bergen in. Hier bezochten we Col de Bavella, een prachtige bergketen met veel wandelmogelijkheden! We wandelen hier naar Trou de la Bombe. We zijn ontzettend vroeg gestart omdat slecht weer is voorspeld, maar hierdoor kunnen we makkelijk een parkeerplekje vinden op de normaal zeer drukke parkeerplaats en zijn we helemaal alleen in het bos. We zien zelfs een paar moeflons (naast de gebruikelijke koeien). Het bosgebied is hier prachtig en de wandeling is vrij eenvoudig op een klauterstukje aan het einde na. Je kan vrij eenvoudig zelf nog andere routes volgen met bijvoorbeeld de maps.me app.
We rijden vanuit de Col de Bavella een lang stuk naar het noorden naar Vivario. Een perfecte uitvalplaats om de Cascade du Meli te bezoeken. Deze wandeling is iets minder bekend en daardoor ook minder druk. Parkeren doe je vlak voor het dorpje, je kan in het dorp niet parkeren en de weg loopt dood dus hier wel echt stoppen! Het water in de cascade is te koud om in te zwemmen, maar prachtig mooi om te zien. We zijn doorgelopen tot Bergeries de Tolla waar je veel GR20 wandelaars even ziet bijkomen voordat ze weer verder lopen. Je kunt hier nog verder doorlopen naar Gorges de Manganellu, maar wij besloten hier om te keren en terug te lopen.
Restonica Vallei
De laatste wandeling in de bergen is ook de populairste: een mooi wandeling naar twee bergmeren die goed te doen is voor de gemiddelde toerist. We dachten dat het meeviel in de nazomer, maar ook nu, in de vroege ochtend is het erg druk in de Restonica vallei. Dat mag de pret echter niet drukken, de vallei is prachtig, de wandeling vrij uitdagend en de beloning van de twee bergmeertjes meer dan de moeite waard. De wandeling tot Lac de Melo is vrij goed te doen, maar er is wel een klimstukje met een touw en met ladders. Wil je die vermijden dan kun je vrij vroeg op de route (net na de Bergerie de Melo) al naar links gaan om zo via een minder steile route omhoog te gaan. De route naar het tweede meer is steil, veel klim en klauterwerk en ook hier zijn twee plaatsen waar je jezelf met een touw omhoog moet trekken. Ik vond het zeer uitdagend, maar wel de moeite waard. Niet alleen zie je het prachtige hoger gelegen meer Lac de Capitello, je hebt ook prachtig uitzicht op het lagere meer. Wij deden iets minder dan 6 uur over deze wandeling heen en terug.
Cap Corse
Wij sluiten onze reis af op Cap Corse, een eiland op een eiland zo zeggen ze. Wij reden van het westen naar het oosten, maar zouden we het opnieuw doen zouden we het misschien andersom doen, zodat je altijd met de auto aan de kust kant zit en wat makkelijker fotootjes van het prachtige uitzicht kunt maken! We sliepen aan de kust bij Centuri een super schattig vissersdorpje, boordevol restaurants met heerlijke vis. Hoogtepunt was de wandeling Sentier des Douaniers, waar wij een stukje van deden in de vroege ochtend van onze laatste dag. Wij liepen van Macinaggio naar Barcaggio, een wandeling van ongeveer 3 uur. Vanuit Barcaggio kun je met de boot terugvaren naar Macinaggio, de maatschappij San Paulu biedt regelmatige veerdiensten aan tijdens het hoogseizoen en de daarom liggende maanden.
Restaurant en Hotel tips
- Balagne – L’Aghjalle
We sliepen in L’Aghjalle, een mooi huisje in de middle of nowhere. Het heeft een bijbehorend restaurant waar wij die eerste avond heerlijke lokale gerechten hebben gegeten. - Calvi – Mamma Lucia & La Boheme
Calvi zit vol goede restaurantjes, voor ieder wat wils. De eerste avond hebben we genoten van een heerljke pizza en de tweede avond zijn we iets luxer (en duurder) gaan eten bij La Boheme - Bonifacio – Café Des Vestiges
In Bonifacio hebben we alleen geluncht, maar dat was wel heel lekker! - Vivario – U Campanile
In Vivario sliepen we in Hotel U Campanile. Dit hotel heeft ook een bijbehorend restaurant, waar we heerlijk hebben gegeten. - Centuri – U Palmentu
Centuri heeft een prachtige zonsondergang en wat is er beter dan daarvan te genieten met een heerlijk wijntje en heerlijk eten
Dit artikel is geschreven door onze gastblogger Sanne!
